„De cafépoes lag te slapen op de rand voor de spiegel achter mij. Ze was op een dag het café binnengelopen en had besloten te blijven. De obers en serveersters hebben een kattenbak voor haar gekocht en voerden haar dagelijks. Ze hadden haar Eva Braun genoemd, omdat ze een klein Hitlersnorretje had, maar wel een vrouwtje was.“
Ilja Leonard Pfeijffer en Gelya Bogatishcheva, De filosofie van de heuvel. Op de fiets naar Rome en niet terug, Amsterdam/Antwerpen 2009, 87ff.
Keine Kommentare:
Kommentar veröffentlichen